NLFR

Platform voor de tuin- en groenprofessional
Leuven zoekt letterlijk en figuurlijk naar groene verbinding
Met de Vijvers van Bellefroid voegde Leuven onlangs een groenpool met hoge natuurwaarde aan het openbaar groen van de stad toe.

Leuven zoekt letterlijk en figuurlijk naar groene verbinding

In de rubriek Stad in de Kijker laten we elke editie een stads- of gemeentebestuur aan het woord, en polsen we naar de initiatieven die genomen worden om natuurbeleving, biodiversiteit of groenbeheer te versterken. Met 350 hectare openbaar groen geldt Leuven alvast als de op één na groenste centrumstad van Vlaanderen, maar hoe houdt het die positie precies in stand?

Lalynn Wadera was al zes jaar actief als gemeenteraadslid in Leuven alvorens ze in de huidige legislatuur aangesteld werd als schepen van Onderwijs, Economie, Diversiteit, Openbaar groen en Stadsgebouwen. Een hele boterham, geeft ze toe, maar ook een dankbare mix van bevoegdheden die toelaat om verbindingen te zien én te maken. Naast enkele meer grootschalige projecten, zijn het dan ook vooral de kleine, laagdrempelige groenimpulsen die volgens haar het verschil maken.

In straten met meerdere groengevels spant de groendienst groenslingers om de verschillende gevels met elkaar te verbinden.

Grote en kleine groenpolen

Tot voor kort stond de teller van openbaar groen in Leuven op 315 hectare. Het is dankzij de aankoop van twee opmerkelijke, voorheen private, groenzones – de Scheutsite enerzijds en de Vijvers van Bellefroid anderzijds – dat deze legislatuur het mooie ronde cijfer van 350 hectare behaald heeft. De nieuwe groenpolen nemen de vorm aan van, respectievelijk, een openbaar park met gemeenschapsvoorzieningen en een deels toegankelijk natuurgebied met rijke fauna.

“Dergelijke toevoegingen aan het reeds grote en diverse aanbod van openbaar groen zijn erg belangrijk en we houden er dan ook steevast onze ogen en oren voor open”, vertelt Wadera. “Maar het spreekt voor zich dat je in het centrum van de stad niet dezelfde opportuniteiten hebt. Naast de reeds bestaande stedelijke groenpolen zoals de Kruidtuin en het Sint-Donatuspark, is het daar vooral belangrijk om groen op een laagdrempelige manier in het straatbeeld te integreren. Dat doe je niet alleen via mooi aangelegde parken, maar bovenal door groen rechtstreeks bij de Leuvenaar te brengen.”

In de Buurtbossen wordt op kleine oppervlakte een groot aantal bomen en struiken aangeplant.

Buurtbossen

Als exponent van die ambitie noemt Wadera onder meer de Buurtbossen.

“Zie het als de Leuvense interpretatie van de Tiny Forests, een concept dat overgewaaid is uit Azië en inhoudt dat er op een heel kleine oppervlakte een heel groot aantal bomen aangeplant wordt. In Azië gaat het vaak om vijf planten per vierkante meter, maar aangezien dat in ons klimaat niet zinvol is, streven wij naar pakweg één boom of struik per vierkante meter. Wel houden we rekening met een grote variatie aan soorten, zodat de biodiversiteit op korte tijd een enorme impuls krijgt.”

Eigen aan het concept van de Tiny Forests is tevens een sociale dimensie.

“In principe is het de bedoeling dat de aanplant gebeurt in samenwerking met de buurt, omliggende scholen en lokale verenigingen. De drie reeds gerealiseerde Buurtbossen werden echter in volle pandemie aangelegd, maar bij de volgende projecten nemen we dat aspect zeker mee. Daarnaast voorzien we in alle Buurtbossen ook ruimte voor een educatieve functie, inclusief bijvoorbeeld ruimte voor een buitenklasje.”

Lalynn Wadera is schepen van Onderwijs, Economie, Diversiteit, Openbaar groen en Stadsgebouwen in Leuven.

Groenslingers

Nog dieper in het centrum van de stad schuilt het grootste groenpotentieel volgens Wadera dan weer in het verticale. “We zetten sterk in op gevelgroen en bieden onze inwoners hiervoor de nodige ondersteuning. Wie graag een geveltuin aanlegt, kan bijvoorbeeld bij de stad terecht voor een premie en/of advies, en via het buurtverbindend project ‘Kom op voor je wijk’ kunnen buren ook samen een premie aanvragen voor meerdere groengevels in de straat.”

“In straten met meerdere groengevels installeren we sinds kort trouwens ook groenslingers, waarmee de verschillende gevels over de straat heen met elkaar verbonden worden. In tegenstelling tot het onderhoud van de particuliere groengevels, dat uiteraard bij de eigenaar ligt, staan we hierbij ook zelf in voor het onderhoud. Dat vergt weliswaar wat bijscholing en extra flexibiliteit van onze groendienst, maar dat is vandaag eigen aan alle groenonderhoud.”

Zowel in het stadscentrum als in de randgemeenten zijn inmiddels enkele straten met groenslingers getooid, en dat lijkt in ieder geval te inspireren. “We krijgen steeds meer aanvragen voor gevelgroen, van zowel particulieren als hele straten”, zegt Wadera tevreden.  

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details