Het hoe en waarom van een lichtplan

Om een zo goed mogelijk eindresultaat te bekomen, hou je er dan ook best al in de eerste fase van een project rekening mee, en leg je alles vast in een lichtplan. Paul Vermeulen van Suslight legt uit hoe je dat doet.

“Er zijn vier belangrijke redenen om voor tuinverlichting te kiezen”, zegt Vermeulen. “Ten eerste is het een kwestie van veiligheid. Een oprit en tuinpad die goed verlicht zijn, voorkomen dat je in het donker uitglijdt, ergens tegenaan loopt, of van het pad afwijkt. Daarnaast schrikken ze – niet onbelangrijk – dieven en indringers af.”

“Ten tweede zorgt de juiste verlichting voor een bijzondere sfeer. Juist, dat betekent: niet te veel, maar net voldoende om enkele accenten te leggen. Licht bijvoorbeeld een boom, meerstammige struik of decoratief object in de tuin uit. Op die manier verhef je het tuinproject tot een hoger niveau.”

“Een derde meerwaarde ligt in het gebruik. Wie tuinverlichting laat installeren, kan tot lang na zonsondergang van warme avonden in de tuin blijven genieten.”

“In de keuze van de verlichting speelt tot slot ook duurzaamheid een belangrijke rol. Een energiezuinige lamp is daarbij slechts het begin. Suslight houdt zijn scope op duurzaamheid bewust breed en maakt keuzes die op ketenniveau duurzaam en waardevol zijn. Dat betekent dat we uitstoot of afval niet zomaar ‘verplaatsen’, maar voor een echte reductie in onze productieketen zorgen.”

Door op voorhand al een lichtplan op te stellen, weet je perfect welke onderdelen je nodig hebt en waar de nodige voorzieningen getroffen moeten worden. Zo kan je de werken vlot bundelen en kom je achteraf niet voor verrassingen te staan. 

“Bovendien toon je de klant dat je begaan bent met elk aspect van zijn tuinproject en -beleving. Dat schept vertrouwen, en je laat een uiterst professionele indruk na.”

Een lichtplan houdt rekening met zowel visuele als technische eisen en beperkingen. Het bepaalt welke armaturen waar komen, en met welke lichtsterktes.

“Vanuit een visueel standpunt dien je rekening te houden met onder meer zichtlijnen, contrasten en veiligheid. Hoe gaat je klant zijn tuin bekijken? Welke zichtlijnen primeren van binnen of vanop het terras? Maar zijn er ook bepaalde verhogingen of andere elementen in de tuin die in het donker tot gevaarlijke obstakels kunnen verworden? Het is belangrijk dat dergelijke plekken voldoende uitgelicht worden, net als de belangrijkste paden naar de achterdeur, de fietsenstalling, enzovoort.”

Toch moet je ook waakzaam blijven om niet te overdrijven. “Het is het contrast tussen licht en donker dat een verlichtingsplan boeiend maakt”, aldus Vermeulen. “Teken dus niet te veel lichtpunten in, en wees aandachtig voor plaatsing en richting. Het is uiteraard niet de bedoeling dat iemand verblind wordt wanneer hij langs de lampen heen loopt.”

Vervolgens kunnen de technische aspecten van het verlichtingsplan bepaald worden. “Uit het lichtplan kan je afleiden welke armaturen en transfo’s je moet voorzien. Op basis van de afstanden tussen de verschillende lichtpunten reken je na hoeveel kabels je nodig hebt. Ga daarvoor uiteraard ook na of er buiten al een aansluiting aanwezig is, en voorzie voor onvoorziene omstandigheden een paar extra kabels.”

Heeft de tuin verschillende functies, of moeten voor- en achtertuin apart aangestuurd worden, dan moet je hiervoor trouwens meerdere circuits voorzien. Een lichtcel met tijdsschakelaar, tot slot, is een eenvoudige manier om het comfort van je klant te verhogen.