Groen en blauw potentieel in de stad

Nood aan creatieve en geïntegreerde aanpak

Vijf droge, hete zomers en twee jaar corona hebben de maatschappij meer dan ooit gewezen op het belang van groen in de stad. Planten en bomen zorgen immers voor een verhoogde leefbaarheid, reduceren het hitte-eilandeffect, en dragen bij aan biodiversiteit en klimaatrobuustheid. Maar waar vind je in het dichtbebouwde Vlaanderen nog ruimte voor groen, en hoe hou je het op een duurzame manier in stand? Samen met architecten, projectontwikkelaars, steden en gemeenten zet Ecoworks zich in voor een creatieve totaalaanpak.

Ecoworks is een gespecialiseerde partner voor ontwerp, aanleg en onderhoud van zwemvijvers, groendaken en groengevels, en profileert zich met een duidelijke missie: de natuur opnieuw integreren in onze leefwereld. 

“Wie daarvoor enkel naar de open ruimte kijkt, loopt echter heel wat kansen mis”, meent zaakvoerder John Kinnen. “De beschikbare ruimte is in Vlaanderen nu eenmaal erg beperkt. We moeten biodiversiteit creëren op plaatsen waar die eerder werd verdrongen. Ontharden is in dat opzicht uiteraard een goede zaak, maar ook in, op en tegen onze gebouwen rust nog heel wat potentieel.”

Ecoworks is onder meer verantwoordelijk voor de groengevel aan het nieuwe Renson-gebouw  langs de E17 in Deinze, maar helemaal emblematisch voor de ambities van het bedrijf is het architectuurproject ZIN in No(o)rd, dat voorziet in de reconversie en uitbreiding van de WTC-torens in Brussel Noord tot kantoren, appartementen en een hotel. 

“In dit project zullen we niet alleen een enorme hoeveelheid aan kantoorbeplanting voorzien, maar planten we bij wijze van spreken ook een verticaal bos van 300 bomen tegen de toren. Het gelijkvloers wordt dan weer ingericht als een grote, publieke serre en op de 29ste verdieping komt er een volwaardige, eveneens publiek toegankelijke daktuin.”

Om al dat groen in, op en tegen de gebouwen in stand te houden, benadrukt Kinnen het belang van een juiste inrichting. 

“Het heeft geen zin om zwaar te investeren in beplantingen als je onvoldoende nadenkt over hoe je ze kan borgen op langere termijn. Dat betekent dat je vooral goed moet kijken naar water en licht. Daarom benaderen we onze projecten zoveel mogelijk vanuit een geïntegreerde aanpak. Ontwerpen we een groendak of een groengevel, dan zorgen we tevens voor slimme waterbuffers en een aangepast irrigatieplan. Bij Renson wordt de groengevel zo met lokaal gebufferd regenwater gesproeid.”

Hoe meer groen we in de stad introduceren, hoe groter met andere woorden het belang van een goed waterbeheer. 

“In dat opzicht hebben we in onze steden in het verleden een denkfout gemaakt. Alles is er immers op gericht om water zo snel mogelijk (gemengd) af te voeren. Terwijl we het eigenlijk zoveel mogelijk moeten vasthouden en vertragen. Het mooie is dat groen daarin zelf een belangrijke rol kan spelen. Groendaken vormen bijvoorbeeld een uitstekende waterbuffer. Met een juiste inrichting van het stedelijk groen draag je dus tegelijk bij aan zowel de biodiversiteit als de klimaatrobuustheid.”

Groen en blauw hangen onlosmakelijk met elkaar samen, besluit Kinnen, al zal er ongetwijfeld meer nodig zijn om de waterhuishouding in onze steden en gemeenten in balans te krijgen. 

“Dat hoeft echter allerminst een last te zijn. Zwemvijvers vormen bijvoorbeeld een logisch alternatief om water in onze samenleving te integreren. Zij zorgen niet alleen voor extra buffercapaciteit, maar dragen ook bij aan biodiversiteit, afkoeling, plezier en aantrekkingskracht.”

Een project zoals de omvorming van de vijver in het Park van Neerpede in Anderlecht tot publieke zwemvijver illustreert volgens Kinnen mooi het potentieel, en ook in Sint-Truiden, Aarschot en Kortrijk onderzoekt Ecoworks momenteel de mogelijkheden. “Uiteindelijk dromen we van een publieke natuurlijke zwemvijver in elke dorpskern”, klinkt het.