NLFR

Platform voor de tuin- en groenprofessional
Ga tegen de natuur in, en je verliest altijd
Bloeiende plantenborder in juni, bestaande uit een combinatie van bol- en knolgewassen (Allium, Camassia) met vaste planten (Knautia).

Ga tegen de natuur in, en je verliest altijd

Eetbare tuinen, meer dan zomaar moestuinen

De gerenommeerde Brugse tuinarchitect Jan Maenhout ontwerpt prachtige tuinen sinds 1986. Hij studeerde af aan de het Hoger Rijksinstituut voor Tuinbouw en zette zijn eerste stappen in de groene sector door privétuinen te ontwerpen, aan te leggen én te onderhouden. Later hield hij zich nog quasi uitsluitend bezig met het ontwerp van particuliere en semi-openbare tuinen. Ook voor de Floraliën, zowel in België als Nederland, is de sympathieke Bruggeling geen vreemde. Samen met de vermaarde meester-bloembinder Daniël Ost vond hij zelfs zijn weg naar Thailand…

De plantenfamilie (bolgewassen) Allium met zeer veel toepassingsmogelijkheden: veel soorten zijn eetbaar, bloei van vroege voorjaar tot laat najaar.

Jan Maenhout: “Ondertussen, vooral de laatste zes jaar, ben ik een beetje teruggekeerd naar mijn roots. In de winter van mijn carrière beoefen ik eigenlijk weer mijn originele hobby: zelf de aanleg doen van projecten. Je mag dat overigens letterlijk nemen. Voor sommige opdrachten spendeer ik dagen en weken op mijn knieën, om zelf de zaden en plantenbollen in de grond te steken. Daar haal ik zeer veel voldoening uit. Ik doe dat van kindsbeen af: dingen uitproberen, nieuwe of ‘vergeten’ soorten kweken… We zitten ook, mede door de klimaatsverandering, met enorme veranderingen in onze branche, en dat schept opportuniteiten. Je ziet gewassen verschijnen die we hier vroeger nooit zagen. En daar speel je beter goed op in. Want als je tegen de natuur ingaat, is dat een wedstrijd die je altijd zal verliezen!”

‘Vergeten’ plantenkennis

“In het begin was plantenkennis enorm belangrijk. Maar ik merk dat die elementaire competentie een beetje achteruitgegaan is. Ook in de meeste bestaande opleidingen. Dat is trouwens logisch, hoor. Het is eerst en vooral een kwestie van vraag en aanbod, maar ook het financiële aspect speelt een grote rol. Want een pure plantentuin aanleggen vergt zeer veel tijd, niet alleen in aanleg, maar ook in uitgroei én in onderhoud achteraf. En tijd is geld. Heel veel klanten willen meteen resultaat zien, en dan wordt er al snel gekozen voor alternatieven. Denk hierbij aan zwemvijvers en -baden. Straks mag je daar ook padelterreinen bij rekenen.”

In het vroege voorjaar, een combinatie solitaire heesters, assortiment stinzebolgewassen met vaste planten in grote plantenbakken.

Een echt ambacht

“Gedegen plantenkennis vraagt ook tijd. Het is nog écht een ambacht. Ik noem dat mijn niet-productieve uren. Boeken lezen, kennis vergaren, vooral over dingen die minder in het commerciële circuit zitten. En dat is eerlijk gezegd ook een beetje mijn redding geweest. Want nu doe ik projecten waaraan ik anders nooit ging moeten beginnen, waarbij die kennis over bijvoorbeeld bol- en knolgewassen primordiaal is. En dat zijn ook jobs die bestendigd worden; niet eenmaal langsgaan, alle werken opleveren, en naar de volgende. Neen, een echte ambachtelijke plantentuin is niet alleen prachtig om naar te kijken, het evolueert met de seizoenen mee en verveelt voor degene die in dergelijke tuin leeft – of werkt! – absoluut nooit. Voldoening, dus.”

Kennis delen

“Mijn kennis deel ik overigens met plezier. In PCLT – Praktijkcentrum voor Land- en Tuinbouw in Roeselare – geef ik ondertussen een cursus aan tuinprofessionals én collega’s. Dat verplicht me meteen om ‘mee te zijn’ met alle bestaande kennis, maar ook met de nieuwste ontwikkelingen. In mijn weinige ‘vrije’ uurtjes wordt dan ook heel veel gelezen. Ik heb een serieus uitgebreide bibliotheek, waarin zowat elke bestaande plantenfamilie behandeld wordt. Niet zelden een lijvig naslagwerk per familie en/of soort. Een echt levenswerk.”

Samenwerking met ontwerper Daniel Ost voor Exhibition Flora Ratchaphruek in Thailand.

Eetbare tuinen

“Wat ik de laatste tijd merk, is dat (vooral jongere) klanten teruggrijpen naar het concept van ‘eetbare’ tuinen. Vroeger werd afsluitingen geplaatst waarachter dan groenten en kruiden werden gekweekt. En dat keert in een ander vorm terug. Waarschijnlijk onder impuls van topchefs die hun eigen kruiden en plantjes zijn beginnen kweken. Omdat de producten waarmee ze willen werken steeds moeilijker te vinden zijn op de markt. Of te duur zijn, of kwalitatief niet goed genoeg. Zoals verschillende soorten munt, tijm… Je ziet dat nu ook meer en meer particulier opduiken. En dan bedoel ik niet de klassieke moestuin, met rijen salade, wortels, tomaten… Maar echt esthetisch verantwoorde toptuinen. Het voedselbos-principe, maar dan in privétuin-formaat. Tuinen waarin kinderen spelen, waarin je leeft, geniet, feest – maar dan met ‘eetbare’ stukken. Een goede evolutie!”, besluit Jan.  

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details