Klimaatverandering vraagt om aangepaste grasmengsels

Nieuw label maakt veerkrachtige mengsels snel herkenbaar

Extreme droogte, wateroverlast, een drastische afname van insectenpopulaties … De effecten van de klimaatverandering zijn intussen niet alleen bekend, maar vooral ook pijnlijk voelbaar. Zowel in openbaar groen als in de landbouw en particuliere tuinen groeit de vraag naar weerbare en duurzame oplossingen. Het nieuwe ClimateSmart-label van DSV zaden moet groenbeheerders helpen om doelgerichte keuzes te maken.

“De impact van de klimaatverandering is duidelijk zichtbaar”, zegt Thijs Schoenmakers, productspecialist bij DSV zaden. “In de eerste helft van 2025 kregen we te maken met lange periodes van extreme droogte. Begin 2024 daarentegen kenden we dan weer uitzonderlijk natte maanden. Daarnaast is het verlies aan biodiversiteit zorgwekkend: in 2024 bereikte de vlinderstand het laagste niveau sinds het begin van de metingen in 1992, en de bijensterfte ligt al vier jaar boven de kritische grens van 15%. Met het ClimateSmart-label willen we mengsels herkenbaar maken die bijdragen aan oplossingen voor deze uitdagingen en tegelijk weerbaar zijn en biodiversiteit stimuleren.”

Wetenschappelijk onderbouwd

Schoenmakers verwijst bewust naar concreet cijfermateriaal om de urgentie te duiden. “Voor ons is wetenschappelijke onderbouwing cruciaal”, benadrukt hij. “Duurzaamheid is te vaak een hol begrip. Wij willen reële impact maken. Daarom baseren we het toekennen van het ClimateSmart-label expliciet op wetenschappelijke studies.”

Een mengsel moet minstens aan drie van vier criteria voldoen om het label te verkrijgen: weerbaarheid, waterefficiëntie, soortenrijkdom en stikstofefficiëntie. “Weerbaarheid tegen weersextremen bereiken we door minimaal drie verschillende grassoorten te combineren”, legt Schoenmakers uit. “Roodzwenk, veldbeemd en Engels raaigras vullen elkaar aan qua groeiwijze, waterverbruik en worteldiepte, wat zorgt voor een veerkrachtige grasmat onder uiteenlopende omstandigheden.” Daarnaast gaan de rassen efficiënt om met water: roodzwenk heeft bijvoorbeeld een lage verdampingscoëfficiënt, terwijl andere soorten diep wortelen. Hierdoor blijft de bodem langer bedekt en vitaal.

Door klavers, kruiden of bloemen toe te voegen, wordt ook de biodiversiteit boven én onder de grond gestimuleerd. Bovendien zorgt de combinatie van rassen met een lage stikstofbehoefte en vlinderbloemigen ervoor dat er minder bemesting nodig is. “Vlinderbloemigen zoals microklaver halen stikstof uit de lucht en geven die geleidelijk af aan de bodem”, zegt Schoenmakers. “Zo verrijk je de bodem op natuurlijke wijze en moet je minder bemesten.”

Voor openbaar groen en gazons

Verschillende bestaande mengsels van DSV zaden kregen intussen het ClimateSmart-label. Nieuw in het gamma is EUROGRASS Trifolino, een mengsel specifiek voor gazons. “Voor openbaar groen hadden we al een mooi aanbod, maar ook in particuliere tuinen groeit de aandacht voor klimaatbestendig ontwerp”, vertelt Schoenmakers. “Daarom ontwikkelden we EUROGRASS Trifolino. De combinatie van Engels raaigras, roodzwenkgras, veldbeemd en onze eigen microklaver (EUROMIC) levert een duurzame, sterke grasmat op met een frisse uitstraling. Ze is bestand tegen weersextremen en regelmatige betreding.” De microklaver zorgt voor natuurlijke bemesting en houdt het gazon frisgroen. Zelfs in drogere periodes, en zonder te woekeren.

Blijven vooruitkijken

DSV zaden plant om in de toekomst nog meer mengsels onder het ClimateSmart-label te brengen. “Het label zelf evolueert ook mee”, zegt Schoenmakers. “Omdat wetenschappelijke kennis voortdurend groeit, blijven wij onze methodes bijsturen. Veredeling is altijd vooruitkijken: we verbeteren de mengsels, testen rassen wereldwijd in uiteenlopende klimaatzones en ontwikkelen nieuwe genetica met eigenschappen zoals droogtetolerantie, ziektetolerantie en laag nutriëntengebruik.”

“Zo willen we groenbeheerders blijven ondersteunen met robuuste mengsels die niet alleen bestand zijn tegen de uitdagingen van vandaag, maar ook voorbereid zijn op het klimaat van morgen”, besluit Schoenmakers.