- Algemeen
- Productinformatie
- Tuinbeheer
- Land- & tuinbouwmachines
- Sport- & golfterreinen
- Zwemvijvers & -baden
In dit artikel vatten we de voornaamste systemen samen, en plaatsen we ze in een logische volgorde. Van de 100% natuurlijke zwemvijver tot het fysicochemisch gereinigd bad.
Tekst Guido Lurquin MSc & ir. Stijn Wulleman | Beeld Distri Pond
Bij natuurlijke zwemvijvers wordt er niets aan het water toegevoegd. De filtering gebeurt middels grote moerasbedden gevuld met waterplanten. Daarvoor bestaan verschillende systemen.
Het oudste gebruikte systeem bij natuurlijke zwemvijvers is dat met het downflowprincipe. Hierbij wordt het water van boven naar beneden biologisch gezuiverd door de planten en een laag met substraat.
In het ideale geval ligt de ingang van de moerasbedzone aan de noordoostkant van de zwemvijver. In dat geval helpen de overheersende zuidwestenwinden de vuildeeltjes namelijk naar het moerasbed te brengen. Alle vervuiling blijft daar in het systeem zitten en wordt door de natuur verwerkt.
Het energieverbruik van dit systeem ligt erg laag en het moerasgedeelte vormt een interessante vijverbiotoop. Het is dan ook de meest ecologische variant van de zwemvijver.
Wanneer men uit de omgeving meer vervuiling verwacht – in de buurt van grote bomen, wegen of industrie, bijvoorbeeld – en men verstopping van het moerasbed wil vermijden, wordt er gebruikgemaakt van het upflowprincipe. Hierbij beweegt het water in de tegenovergestelde richting, van beneden naar boven, en loopt het eerst door een boogzeef of mechanische voorfilter. Die zorgt ervoor dat al een deel van de vervuiling uit het water verwijderd wordt, en vervolgens doet de natuur de rest.
Het energieverbruik van dit systeem blijft beperkt, en opnieuw vormt de plantenzone een interessante vijverbiotoop. Omdat het moerasbed tegen vervuiling wordt beschermd, zal het langer meegaan.
Bij de combinatie van een meerkamerfilter met moerasbed beweegt het water zijdelings of verticaal door het filterbed met planten. Het water stroomt via skimmers de zwemzone uit en loopt vervolgens door een meerkamerfilter, opgebouwd uit opeenvolgende filterkamers met diverse filtermedia, van grof naar fijn. Een pomp stuurt het voorgefilterde water verder door de moerasfilterzone met planten.
Ook bij deze oplossing blijft het energieverbruik beperkt en vormt de plantenzone een interessante vijverbiotoop. Voordat het water door het moerasbed stroomt, wordt al een groot deel van de vervuiling eruit gefilterd.
Bij biologische zwemvijvers worden de mechanische en biologische processen bespoedigd, zodat er met kleinere volumes toch efficiënt gefilterd kan worden. Dat gebeurt door middel van gedoseerde toevoegingen van mineralen en bacteriën, en kan gedeeltelijk geautomatiseerd worden. Er is geen moerasbedzone.
De combinatie van een trommelfilter met een bewegend bed en een uv-filter creëert bijvoorbeeld een efficiënte mechanisch-bacteriologische filter. Ook heel kleine vaste vuildeeltjes worden hiermee dadelijk uit het
water gevangen.
Dit systeem is erg compact, maar bevindt zich in een hogere prijsklasse. Opvolging kan eenvoudig door gebruik van de Spintouch wateranalyse van Aquatic Science.
Bij fysicochemisch gefilterde zwemvijvers gebeurt de filtering minder natuurlijk, en wordt het water met behulp van hydrolyse en uv-straling gedesinfecteerd. Er is een belangrijk verschil tussen fysicochemische filtering zonder of met toevoeging van zout.
In dit systeem wordt bewust geen zout toegevoegd; wel wordt er gebruikgemaakt van koperionisatie, gecombineerd met pH-sturing. Een moerasbed met planten zorgt voor het verbruik van reststoffen en een natuurlijk uitzicht. Om algengroei te beperken wordt een bijkomende fosfaatfilter sterk aanbevolen.
In correct functionerende systemen zijn de concentraties dermate laag, dat ze voor de baders geen gezondheidsrisico’s inhouden, al is het wel aangeraden om het kopergehalte frequent te meten.
De techniek van dit systeem wordt in een tuinhuis of technische ruimte opgesteld. Het systeem bevindt zich in een hogere prijsklasse.
Een fysicochemisch gestuurd bad met toevoeging van zout gaat een stapje verder. In dit geval wordt er bewust gekozen voor ontsmetting. Omdat er wel zout aan het water toegevoegd wordt, is er namelijk sprake van low conductivity zoutelektrolyse met vorming van chloor. Dit type bad is bijgevolg niet geschikt voor vissen of planten, en er kan dus ook geen moeraszone of plantenfilter geïntegreerd worden. Kortom, het gaat hier niet langer over een zwemvijver, maar over een zwembad. Ook veel zogenoemde “hybride baden” vallen onder deze categorie.
Het gebruik van zoutelektrolyse vergt enige aandacht voor de gebruikte materialen. Zo kunnen EPDM- of TPO-waterdichtingen worden aangetast en wordt er in plaats van inox 304 beter inox 316 gebruikt.
De techniek van dit systeem wordt in een tuinhuis of technische ruimte opgesteld.
Bij zwemvijvers is de aanwezigheid van een biofilm op de wanden onmogelijk uit te sluiten. Meer nog, deze biofilm is absoluut noodzakelijk voor het goed functioneren van het natuurlijk systeem.
In principe laten alle systemen enige vorm van bijverwarming toe, al is het aanbevolen om niet te overdrijven. Beter is om warmteverliezen zoveel mogelijk te beperken, bijvoorbeeld door toepassing van HeatCover. Deze vloeibare en onzichtbare afdekking reduceert verdamping en warmteverlies, zonder het mooie en natuurlijke uitzicht van de vijver te verstoren.