Op 4 en 5 september 2025 was Pittem het decor voor de zestiende editie van de Nationale Grasdag. Op de percelen van Graszoden Lannoo kwamen groenprofessionals, aannemers, groundsmen, greenkeepers, vakverenigingen en groendiensten samen voor een tweedaagse vol kennis, demo’s en ontmoetingen. Het centrale thema – “Gras! Van in de bodem tot aan de top” – zette meteen de toon: een gezonde grasmat begint in de bodem. Daar bepalen structuur, waterhuishouding en organische stof de basis voor wat erboven groeit.
Erik Truyers (Sales Manager Gazonzaden en Veldbloemen / Product Manager Gazonzaden bij Limagrain/Advanta) blikt tevreden terug. “De kwaliteit van de bezoekers was bijzonder hoog. Het publiek was heel divers, van sportclubs en tuinaanleggers tot openbare besturen en recreatiedomeinen. Maar altijd met een duidelijke link naar groenbeheer. Dat zorgde voor gesprekken van niveau.”
“We hadden een zeer goede beurs met de juiste mensen en interesses. Iedereen was positief. We zijn trots dat we gastheer mochten zijn”, vult gastheer David Lannoo (Lannoo Graszoden) aan.

De editie 2025 behandelde de bodem niet als ‘ondergrond’, maar als levend systeem dat de wortelgroei, weerbaarheid en levensduur van gras bepaalt. In een tijd van droogte en hevige regenval is enkel een duurzaam opgebouwde bodem bestand tegen die extremen. Dat vraagt om slimme keuzes: een passend zaaimengsel, doordachte voedingsstrategieën en grondverbetering die verder kijkt dan één seizoen. Preventie weegt op termijn zwaarder door dan curatieve ingrepen.
Lannoo: “Van dag één na de inzaai van het proefveld was het een uitdaging om alles perfect in orde te krijgen, niet in het minst door een droge lente en zomer. Maar we hebben met man en macht geprobeerd om alles zo goed mogelijk klaar te krijgen, inclusief alle verschillende demovelden. Ik denk dat we een mooi visitekaartje op het gebied van gras afgeleverd hebben.”
“Iedereen zit met dezelfde problematiek: klimaatverandering, bodemverarming en uitdroging. De insteek van deze editie was: doe de dingen van in het begin goed, met een duidelijke visie. Neem een bodemstaal, weet wat er in je bodem zit, en laat je begeleiden door specialisten. Dat maakt het verschil in resultaat”, zegt Karel Vercruysse, Sales & Marketing Gazon en Veldbloemen bij Limagrain/Advanta.

De bodemaanpak kreeg steun van vier partners: Advanta, COMPO Expert, ICL en TerraCottem. Samen toonden ze het volledige plaatje, van zaaimengsel en voeding tot bodemverbeteraars die het water- en luchtbeheer optimaliseren. Het resultaat was een doorlopende lijn van advies naar praktijk, waarmee teams hun beheerplan over meerdere seizoenen kunnen optimaliseren.
“De parking lag er goed bij, de opbouw is vlot verlopen, en we zijn blij dat alles uiteindelijk gelukt is. Het was opnieuw een uitdaging, maar wel één die we met plezier zijn aangegaan”, aldus Lannoo.

Meer dan dertig exposanten brachten hun innovaties live in het veld, van grasmaaiers en maaibots tot oplossingen voor renovatie, beluchten, doorzaaien en grondbewerking. Vooral de accutechnologie viel op: stiller, schoner en steeds krachtiger. Het voordeel van de demovelden? Je ziet, hoort én voelt de machines in realistische omstandigheden, zonder brochurefilter.
Truyers: “We proberen telkens de actualiteit te vertalen in ons aanbod. Dit jaar waren er bijvoorbeeld standhouders als BeeGrateful, met oplossingen rond nestgelegenheid en bewustwording rond bijen, en Koppert, dat innovatieve toepassingen rond aaltjes – bestrijding van bodemplagen – toonde. Het zijn thema’s die inspelen op de uitdagingen van vandaag: droogte, gras onder stress, ziektes die vaker opduiken. We willen de bezoekers tonen hoe ze daar op een andere manier mee kunnen omgaan.”

Wie compacter wilde bijleren, kon aansluiten bij begeleide rondleidingen. In kleine groepen werden nieuwigheden rond gras, bemesting, grondverbetering en gewasbescherming uitgelegd, telkens met een duidelijke vertaalslag naar de praktijk. De rondleidingen fungeerden als kapstok: je krijgt de kern en ziet voorbeelden op het perceel, om daarna gericht bij de juiste standhouders of adviseurs te gaan sparren.
Naast performant grasbeheer was er veel aandacht voor biodiversiteit.
Veldbloemenmengsels en insectenvriendelijke oplossingen boden inspiratie voor zones waar ecologische meerwaarde en beleving hand in hand gaan. Ecologisch groenbeheer was geen randthema, maar een rode draad: minder curatieve middelen, meer focus op structuur, water en voeding, en beheer dat het bodemleven ondersteunt.

Wat deze editie sterk maakte, was de directe link van demo naar toepassing. In de renovatiezone zag je combinatiemachines die ontvillen, beluchten en doorzaaien in één werkgang – een zegen voor sport- en intensieve gazons waar uitvoeringstijd en beschikbaarheid cruciaal zijn. Verticuteren en beluchten werden in verschillende bodem- en maaisituaties getoond, zodat je de impact op het snijbeeld, de viltlaag en het wortelmilieu meteen kon inschatten. Bij maaien ging de aandacht naar constante maaihoogte, opname en geluidscomfort, met duidelijke verschillen tussen concepten zichtbaar op het veld.
1. De bodem dicteert de speelruimte. Structuur, water en organische stof bepalen hoe ver je boven de grond kan gaan in mengselkeuze en onderhoud. Bodemopbouw is geen bijzaak, maar het plan.
2. Systeemdenken loont. De vier partners – Advanta, COMPO Expert, ICL en TerraCottem – toonden dat afstemming tussen zaaimengsel, voeding en bodemverbeteraars het verschil maakt over meerdere groeiseizoenen.
3. Efficiëntie in uitvoering. Combinatiewerken en accu-innovaties verkorten de doorlooptijd en verbeteren het werkcomfort. Wie logisch plant, wint werkgangen – en dus euro’s.
4. Biodiversiteit als kwaliteitslaag. Waar het kan, levert een biodivers accent waarde op: bestuivers, beleving en een robuuster groenbeeld. Ecologisch beheer is geen randthema meer, maar onderdeel van kwaliteit.

De tweede dag stond volledig in het teken van scholieren, de professionals van morgen. “Meer dan de helft van de standhouders bleef aanwezig om hen te ontvangen. Husqvarna organiseerde zelfs een wedstrijd waarbij leerlingen zo snel mogelijk een trimdraad moesten vervangen, mét stopwatch en prijzen”, vertelt Vercruysse.
Lannoo: “De jeugd bracht een leuke dynamiek. Je voelde de interesse, zeker bij de prijsvragen en wedstrijdjes. Zo triggeren we hen om echt mee te doen en bij te leren.”
De Nationale Grasdag 2025 bewees opnieuw haar waarde. Niet met slogans, maar met tastbare praktijk en deelbare kennis. Wie Pittem bezocht, vertrok met concrete handvatten om dit najaar en volgend seizoen gerichter te werken. En bovenal met de overtuiging dat alles begint bij de bodem – de plek waar de wortels het verhaal maken, en waar keuzes van vandaag de kruin van morgen bepalen.
“Het blijft een bewust kleinschalig en gemoedelijk evenement. Juist daardoor kunnen bezoekers gericht vergelijken en uittesten. Die mix van kennis, praktijk en sfeer maakt de Nationale Grasdag uniek”, aldus nog Truyers. “Het is altijd de moeite om dergelijk evenement te organiseren. Je leert heel veel mensen kennen en je voelt opnieuw de hart en passie voor de sector”, besluit Lannoo.

BeeGrateful wil de biodiversiteit in verstedelijkte gebieden versterken door nestgelegenheid en bewustwording rond werkbijen te combineren.
Zoë van Helvoirt, co-founder BeeGrateful: “Onze blikvanger is het Streetlight Bee&Bee: een wetenschappelijk onderbouwd bijenhotel, om aan (lantaarn)palen op te hangen. Het dient tegelijk als meetinstrument (monitoring van bezetting en soorten) én communicatiemiddel via een QR-code die voorbijgangers naar uitleg en tips leidt – van ‘wat is een wilde bij?’ tot ‘wat kan jij doen in je straat of tuin?’.”
BeeGrateful ontwikkelde het systeem met Wageningen University (optimalisatie van nestdiameters en -diepte) en werkt in meerdere gemeenten aan populatiemonitoring en vergroening. De organisatie is actief in Nederland en kijkt nu expliciet naar uitrol in België.